Ervaringsverhaal

Een thuis

Ondanks dat ikzelf in jeugdinstellingen heb gewerkt, gaat mijn voorkeur toch uit naar een plaatsing van een kind in een gezinshuis of pleeggezin.

Ondanks alle inspanningen om het kind de juiste aandacht en vertrouwen te bieden, zorgt de voortdurende wisseling van personeel – waardoor het kind telkens opnieuw een vertrouwensband moet opbouwen – of de sluiting van instellingen en daarmee gepaard gaande herplaatsingen ervoor dat de stabiliteit, die voor het kind zo essentieel is, in het gedrang komt.

Een gezinshuis biedt een ‘thuis’, een rustige, veilige en vertrouwde omgeving. Er is meer tijd voor aandacht en begeleiding zoals bijvoorbeeld meegaan naar sportwedstrijden of een activiteit op school.

Het valt mij op dat een ‘instelling-kind’ zich moeilijk durft te hechten en twijfelt of deze plaatsing wel blijvend is. 

Het kost veel tijd om hen het gevoel te geven dat ze zich thuis mogen voelen, dat er iedere dag dezelfde mensen zijn en dezelfde regels. Dit zorgt voor duidelijkheid, maar ook voor vertrouwen.

Hierdoor ervaar ik dat het kind naar de toekomst durft te kijken en zich enigszins zorgeloos kan ontwikkelen. 

Het geeft ook zeker een fijn gevoel aan de ouders wanneer zij de zekerheid hebben dat hun kind mag blijven wonen in het gezinshuis zolang dat nodig is.