Ervaringsverhaal

“We gaan zo’n kleintje heel veel liefde geven en dan komt het vanzelf goed, dachten we"

Laatst zei hun pleegzoon iets heel moois. Wow, dat moeten we opschrijven, dachten Lara en Tilly. Dat zegt ie niet zomaar. Hij zei dat hij veel respect voor ze had. De dag kon niet meer stuk. Het respect is wederzijds. Ze zijn ongelooflijk trots op hem en hartstikke blij dat hij in huis is ook al was het niet altijd makkelijk. 

Lara: “We wilden heel graag zelf kinderen krijgen. Dat is ons niet gelukt. Toen zijn we verder gaan kijken. Een vriend van ons zei ‘je kunt ook pleegouder worden’. Daar hadden we nooit serieus over nagedacht. We zijn ons erin gaan verdiepen en kwamen in contact met Parlan. We hebben verschillende trainingen gevolgd en werden steeds enthousiaster.” Tilly: “Op een gegeven moment wisten we het zeker. We willen een pleegkind. De opwinding groeide: straks krijgen we een kindje in huis.”

Voor het zover was, hadden ze eerst allerlei gesprekken. Tilly: “Bijvoorbeeld over wat je zou willen. Je hebt verschillende vormen. Je kunt pleegouder zijn in het weekend, met vakanties, bij crisissituaties. En wat voor kind wil je? Mag het gehandicapt zijn? Mogen de ouders verslaafd zijn?” Lara: “We wilden heel graag voltijds een kind in huis, het liefst zo jong mogelijk, jongetje of meisje maakt niet uit, achtergrond onbelangrijk. En toen kwam Jordy. Hij was net anderhalf en veranderde ons leven.” 

         “Vergeet de mooie momenten niet”

Opvoeden was pittig. Jordy had hechtingsproblemen waardoor hij moeilijk zijn emoties kon reguleren. Lara: “We kregen regelmatig een ouder uit de buurt aan de deur. Dan had hij gevochten of vervelende dingen gezegd. Of we werden op school weer op het matje geroepen. We dachten altijd ‘we gaan zo’n kleintje heel veel liefde geven en dan komt het vanzelf goed’. Maar daar komt veel meer bij kijken. Gelukkig konden en kunnen we altijd rekenen op Eva, zij begeleidt ons vanuit Parlan. En dat doet ze perfect.”

Eva vertelde ze ook om vooral de mooie momenten niet te vergeten. Die waren er genoeg. Lara: “Het zit in kleine dingen. Jordy zat op een keer in de draaimolen en zocht bij elke rondje oogcontact met ons. Daarvoor deed hij dat nooit. Dat ontroerde me. Eindelijk.” Tilly: “Voorlezen in bed vond ik altijd een feestje. Hij is snel afgeleid tenzij hij iets heel leuk vindt. Als ik voorlas uit Luitje en de limonademoeder of Gekke verhaaltjes voor het slapengaan zag je hem genieten. Dan genoot ik ook.”

Lara en Tilly zijn hartstikke trots op Jordy. Hij ontwikkelt zich goed en heeft plannetjes voor later. Hij wil slagen in het leven. Lara: “Het is een ondernemertje. Op Marktplaats koopt hij spulletjes die hij voor meer doorverkoopt.” Tilly: ”En voetbal gaat lekker. Of we naar de wedstrijden gaan? Jaja, Lara minder dan ik. Ik ben er altijd bij. Ik vind het hartstikke leuk. Samen met de andere ouders. Ik doe overal aan mee. Rijden naar de uitwedstrijden, kantinedienst, het maakt mij niet.”

         “We moesten erin komen”

Over de samenwerking met Parlan zijn ze tevreden. Tilly: “Die is goed. We hebben het echt getroffen met Eva. Zij is eerlijk en wij zijn dat ook. Dat klikt. En ze kan goed luisteren en de juiste vragen stellen.” Lara: “Het eerste jaar had ik veel contact met Eva. Opeens heb je een jongetje van anderhalf in huis. We moesten er inkomen. Ik voelde me wel eens ongemakkelijk als ik weer een mail stuurde. Nou, dat was echt geen probleem. Ik had snel antwoord, of ze belde. Nu eet Eva een keer in de twee maanden met ons mee en bespreken we hoe het gaat.

Voor toekomstige pleegouders hebben ze allebei een tip. Tilly: “Denk goed na over het pleegouderschap, wat het voor jou betekent en hoe je leven er dan uit gaat zien. En inderdaad, kijk ook naar wat wel goed gaat.” Lara: “Jordy kon hele harde dingen zeggen. In het begin dacht ik ‘hij heeft een hekel aan me’. Maar het is nooit persoonlijk bedoeld weet ik nu. Dat is goed om in gedachten te houden. En ook dat problemen niet altijd problemen zijn. Soms hoort dat gewoon bij de jeugd en hoef je jezelf niks te verwijten als pleegouder.”